Als kind was ik altijd graag creatief bezig. Ik voelde me van jongs af aan al aangetrokken tot klei, maar omdat mijn moeder met ons grote gezin haar handen vol had en klei nu eenmaal wat vuil met zich meebrengt, moedigde ze me aan om met andere materialen te werken. Toch bleef die fascinatie voor klei altijd sluimeren op de achtergrond.
Via de kookboeken van Pascale Naessens kwam ik jaren later opnieuw in contact met keramiek, en dat voelde meteen vertrouwd. Ik begon lessen en workshops draaien op de draaischijf te volgen, kocht mijn eigen draaischijf en verdiepte me in uiteenlopende technieken.
Als industrieel ingenieur biochemie heb ik een stevige basis in chemie. Daardoor leerde ik ook zelf glazuren ontwikkelen, wat me toelaat om het hele keramiekproces — van ruwe klei tot afgewerkt stuk — volledig in eigen handen te nemen.
Met een educatieve master op zak geef ik daarnaast op een efficiënte en toegankelijke manier les, ook aan kinderen.
Ondertussen heb ik al heel wat geëxperimenteerd, en juist dat maakt keramiek voor mij zo boeiend: het is een nooit eindigend leerproces dat mijn passie en expertise blijft verdiepen.